De gemeente Den Haag levert graag haar bijdrage aan het oplossen van de vluchtelingenproblematiek. Aankomende 2 jaar gaat de gemeente, behalve het jaarlijkse door het Rijk toegewezen aantal vluchtelingen, 700 extra vluchtelingen met een tijdelijke verblijfsvergunning huisvesten. Hiermee ontlasten we de asielzoekerscentra en dragen we, als stad van vrede en recht, bij aan de landelijke opvang van de vluchtelingen.
De gemeente huisvest al jaren vluchtelingen met een tijdelijke verblijfsvergunning en helpt en ondersteunt deze mensen bij het vinden van een plek in de Haagse samenleving.
Locaties
Het college van burgemeester en wethouders heeft op dinsdag 13 oktober 3 locaties bekendgemaakt waar in Den Haag noodopvang en tijdelijke huisvesting komt:
• Parnassia-terrein in stadsdeel Loosduinen. Ongeveer 40 minderjarigen worden tijdelijk opgevangen in de zorginstelling Parnassia. Deze kinderen hebben tot hun 18e een verblijfsstatus in Nederland.
• Scheveningseweg 90 in stadsdeel Scheveningen. Op deze locatie komt tijdelijke opvang van 50 tot 100 vluchtelingen met een verblijfsvergunning (statushouders). Naar verwachting komen de eerste mensen in het eerste kwartaal van 2016 hier wonen.
• Pand aan de Anna van Hannoverstraat (voormalig ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid) in stadsdeel Haagse Hout. Er worden tot het einde van het jaar ongeveer 600 mensen opgevangen. De noodopvang start op korte termijn. Na 1 januari 2016 worden hier statushouders gehuisvest.
Wat is het verschil tussen noodopvang en huisvesting van statushouders?
Noodopvang biedt een eerste onderdak aan vluchtelingen in Nederland. Hier verblijven mensen die nog geen tijdelijke verblijfsvergunning hebben. Het COA is verantwoordelijk voor de noodopvang en begeleiding van deze groep mensen. Wanneer de aanvraagprocedure voor een verblijfsvergunning is afgerond, zijn er 2 mogelijkheden:
– of de vergunning wordt toegewezen en dan wordt de vluchteling een statushouder
– of afwijzing van de aanvraag.
Indien een verblijfsvergunning wordt toegewezen, wordt de vluchteling statushouder en is het de bedoeling dat hij woonruimte krijgt toegewezen in een gemeente. De gemeente heeft de plicht om huisvesting en begeleiding te bieden. Is de aanvraag afgewezen, dan gaat de vluchteling naar een vertrekcentrum waar hij wordt voorbereid en begeleid om terug te keren naar het land van herkomst.
