Blind

Eerst hoorde ik het geluid. Er ratelde iets, dan was het even stil en daarna kwam het ratelen weer, er zat een ritme in waardoor ik wist, dit is een geluid dat een mens maakt. Daarna zag ik het. Een man met een stok, aan het einde daarvan een witte bal met iets erin, die hij over de stoep veegde. Blind. Rode streepjes op de stok.

De man liep naast een andere man, en hij had zijn arm in diens arm gestoken. Licht, want hij wilde op eigen kracht lopen, vast met het plan ooit alleen te kunnen gaan en staan waar hij maar wilde. Ik was blij met het geluid dat mijn hakken maakte en liep sneller door, om de twee heen, verder op weg. Die hele middag dacht ik aan de man met de stok.

Elke keer als dat beeld weer in mijn gedachten kwam, voelde ik mijn bewondering toenemen. Wat een moed, om zo over de straten te durven gaan. Je hebt: de bobbels en knobbels in de stoepen, fietsers die met gemak opeens jou de pas afsnijden, opbrekingen die je op de weg dwingen en daar is de chaos van het verkeer. Plus de kakofonie van geluiden, waar je ook een weg in moet vinden. En bij dit alles weet je: zij zien jou wel en kunnen in een seconde je weerbaarheid inschatten.

In de nabije toekomst zijn er meer ouderen en de verwachting is, ook meer mensen die blind of slechtziend zijn. Denk even aan staar en combineer dat met de beroerde gezondheidszorg. Een beklemmend idee, vind ik. Maar: de realiteit. Misschien ben ik daar wel bij. Hoe kwam ik dan ooit door de draaideur van de Bijenkorf?

Van de weeromstuit begin ik die middag de stad steeds vreemder te vinden. Een bus passeerde. Ik dacht, hoe kom je erin als je blind bent, de chauffeurs hebben zo’n strak tijdpad. Hoe gaat het als je in een rolstoel zit en van winkels houdt? En waar ben je welkom als je wegens persoonlijke omstandigheden een hulphond bij je moet hebben?

Zo besefte ik in wat voor stad ik woonde. Een stad die uniek was, natuurlijk, maar die in dat ene volstrekt gelijk was aan al die andere steden: je moet valide zijn en snel van bewegen. Ik vond de stad oneerlijk. We wonen hier met ons allemaal, dacht ik toch.

Vilan van de Loo

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.